Voor Natuurliefhebbers

Ongerept, dunbevolkt, liefst eenzaam – dat is het landschap wat dit type wandelaar zoekt. De natuur speelt de hoofdrol op etappe 11 van de Eifelsteig. Het startpunt is het rustige stadje Daun, het eindpunt Manderscheid. Zodra je de mystieke ‘Maaren’ (vulkanische meren) in Daun achter je hebt gelaten, verlaat je de bewoonde wereld. Langs het kraterdorp Schalkenmehren wandel je bergop naar de sterrenwacht Hoherlist. Vervolgens gaat het bergaf de prachtige groene Lieservallei in. Onderweg kom je nog langs het beroemde Eckfelder Urpferdchen, een spannende archeologische vindplaats. Op het laatste stuk wandel je over een smal pad op de steile helling van de Lieservallei, langs rotsen en over kleine bruggetjes.

Op etappe 4 van de Heidschnuckenwegwandel je door het hart van de Lüneburger Heide, het grootste heidegebied van Midden-Europa. De 14 kilometer lange etappe van Undeloh naar Niederhaverbeck loopt door het brede Radenbachdal, waar je met een beetje geluk wilde paarden of een kudde heideschapen met hun herder kunt zien. Na het charmante heidedorpje Wilsede kun je een korte omweg maken naar het grandioze uitzicht over de Totengrund, een uitgestrekt heidelandschap. Via de Wilseder Berg, de hoogste top van de Lüneburger Heide (169 meter), bereik je het eindpunt Niederhaverbeck.

Voor Ontdekkers:

Etappe 5 van de Albsteig van Aalen-Unterkochen naar Heubach biedt 24 kilometer wandelplezier voor ontdekkers. Direct aan het begin van de route wandel je omhoog naar de 26 meter hoge uitkijktoren Aalbäumle, die een prachtig uitzicht biedt over Aalen en de Ostalb. De volgende uitkijktoren is de Volkmarsbergtoren; bij helder weer kun je zelfs de Alpen zien liggen. Eenmaal op het Alb-plateau wandel je via smalle bospaden naar het natuurreservaat Weiherwiesen. Kort voor het eindpunt van de etappe in Heubach maken de grot Große Scheuer en de mystieke ruïnes van Burg Rosenstein de ontdekkingstocht compleet.

Ook de WesterwaldSteig is perfect voor dit type wandelaar. Etappe 10 voert vanuit Limbach naar klooster Marienthal. Onderweg geweldige uitzichten: vanaf het uitkijkpunt Hohe Ley kijk je uit over de Kroppacher Schweiz, terwijl je vanaf het uitkijkpunt Spitze Ley een perfect uitzicht hebt op Weltende. Een ander hoogtepunt is de historische groeve Assberg, waar leisteen wordt gedolven. De groeve is ca. 240 meter lang en ca. 70 meter breed. Er is ook een ondergrondse mijn, die bereikbaar is met een trap. De mijn heeft een fantastische akoestiek en is ook een ideale plek voor meditatie vanwege de speciale sfeer en stilte. Schilderachtige dorpjes, fantastische uitzichten, ruige paden en beekjes die via stapstenen of een touwbrug worden overgestoken, maken deze wandeling tot een echte belevenis.

voor sportievelingen

De Westweg is in trek bij sportievelingen: op etappe 11 west van Wieden naar Kandern gaat het over een afstand van zo’n 32 kilometer steeds omhoog en omlaag. Een aantal van de 872 hoogtemeters die te overbruggen zijn gaan steil bergop. Twee van de hoogste toppen van het Zwarte Woud worden beklommen: de Belchen en de Blauen. De Belchen geldt als een van de mooiste en meest ongerepte bergtoppen van het zuidelijke Zwarte Woud. Het machtige bergmassief torent met zijn bossen en steile flanken boven de omliggende dalen uit. De Blauen daarentegen strekt zich uit tot ver in de Rijnvlakte. Bij de afdaling richting het Markgräflerland laat je het Zwarte Woud achter je.

Etappe N13 is de meest uitdagende van de hele Goldsteig: er zijn 8 toppen van meer dan 1000 meter te beklimmen. Inspannende beklimmingen en af en toe een afdaling door een ruig en ongerept landschap. De meeste bergtoppen worden bekroond met een kruis. De 8 toppen van meer dan 1000 meter op deze tocht door het Beierse Woud zijn: Mühlriegel (1080 m), Ödriegel (1156 m), Schwarzeck (1238 m), Reischflecksattel (1126 m), Heugstatt (1261 m), Enzian (1285 m), Kleine Arber (1384 m) en Große Arber (1456 m).

voor Cultuurliefhebbers

De Harzer-Hexen-Stieg biedt meer dan alleen maar indrukwekkende natuur. Voor cultuurliefhebbers is het Oberharzer watermanagementsysteem de moeite waard. De 15 kilometer lange etappe 2 van Buntenbock naar Altenau voert langs talrijke historische locaties die deel uitmaken van een van de belangrijkste pre-industriële systemen om energie op te wekken ter wereld. Sinds 2010 zijn de Rammelsbergmijn, het historische centrum van Goslar en de Oberharzer Wasserwirtschaft UNESCO-werelderfgoed. Een ingenieus systeem van vijvers, waterlopen en raderen voorzag de Rammelsbergmijn van energie en maakte mijnbouw mogelijk.

Etappe 3 van de Hermannshöhen is ideaal voor cultuurliefhebbers. Vanaf het vakwerkstadje Tecklenburg leidt het 21 kilometer lange traject naar Bad Iburg. Vanaf de hoogvlakte bij Lengerich kun je tot ver in het Münsterland kijken en – bij goed weer – de torens van de dom van Münster zien. Het pad over de bergkam van het Teutoburger Woud voert door weelderige groene bossen en langs een heerlijke uitspanning naar het Kneippkuuroord Bad Iburg. Slot Iburg, een combinatie van een prins-bisschoppelijke residentie en een benedictijnenabdij, torent uit boven de Charlottensee. Ook een bezoek aan het boomkroonpad is een aanrader.

De Weserbergland-Weg is geschikt voor iedereen die al wandelend in de geschiedenis wil duiken. De 15 kilometer lange etappe 12, van Rohdental naar Rinteln, leidt door een landschap waar geheimzinnige legendes de ronde doen en langs bouwwerken met een rijke geschiedenis. De Paschenburg is een prestigieus, voormalig boswachtershuis dat in 1842 midden in het bos werd gebouwd. Hier kunnen wandelaars genieten van een prachtig uitzicht over het Weserbergland. Beneden ligt een kloof waar volgens de legende kabouters met lange baarden en puntmutsen in de grotten en spleten leven. Een korte omweg naar Schloss Schaumburg wordt beloond met een prachtig uitzicht over de Weservallei. Over de kam van het Wesergebergte wandel je langs de Luhdener Kliffturm naar het fraaie stadje Rinteln, direct aan de Weser.

voor Individualisten

Wie graag alleen wandelt, vindt zijn eigen time-out op de Rothaarsteig. De 22 kilometer van Dillbrecht naar Dillenburg wordt niet zo vaak bewandeld. Een deel van etappe 8 loopt langs een kabbelend beekje. Houtwallen en weilanden met fruitbomen bepalen het landschap. Je kunt de tocht inkorten of opnemen in een meerdaagse tocht. Het is ook mogelijk om Dillenburg als vaste locatie te kiezen en van daaruit deze tocht en verschillende Rothaarsteig-rondwandelingen te maken. Veel mooie bankjes en rustplaatsen nodigen uit om te picknicken.

Ook de Schluchtensteig is ideaal voor individualisten. Op etappe 5 van St. Blasien naar Todtmoos is het vaak erg rustig en heb je de natuur helemaal voor jezelf. In de dom van St. Blasien kun je in alle rust je gedachten ordenen. De tocht voert eerst naar de Lehenkopfturm. Daar kun je genieten van het unieke uitzicht op de Feldberg en de Alpen. Door bergweiden gaat het verder naar de idyllische kloostervijver. Door het fraaie Ibacher Hochtal wandel je naar een kleine, romantische kloof: de Hohwehraschlucht. Ten slotte nodigt de bedevaartkerk in Todtmoos uit tot bezinning.